Blog

Wanneer taal verboden grond is

Bij alles wat ik vertelde, hoorde ik constant een kritische stem in mijn hoofd die me zei dat ik het er ook wel naar gemaakt had of dat ik er nu echt wel over moest ophouden, dat ik hier toch allang overheen moest zijn. Ik vond het moeilijk om woorden te geven aan bepaalde gebeurtenissen, aan wat mij zogenaamd was ‘overkomen’. Ik liet het mijzelf eigenlijk niet toe om mij een taal toe te eigenen en de ruimte in te nemen van andere mensen die wel ‘echt iets ergs hebben meegemaakt’. Wanneer iemand het woord ‘trauma’ liet vallen, wilde ik eigenlijk al direct opstappen. Ik kreeg het werkelijk niet voor elkaar om mijzelf met dat woord te verenigen, omdat ik elke dag in de krant verhalen las over mensen bij wie die taal in mijn optiek wel aansloot. Terwijl ik tijdens een sessie aan het praten was, gebeurde het dus dikwijls dat ik halverwege een zin ophield, op zoek naar een taal die er nog niet was. – Fragment uit Alles wat ik wilde zeggen maar niet zei

Voor Caleidoscoop mocht ik een stukje schrijven over mijn zoektocht in de wereld van dissociatieve klachten en behandeling. Dat vind ik leuk om te doen, maar ik merk ook hoe snel ik verstrikt raak in een taal die mij niet echt past. Tijdens het schrijven wurm ik mezelf even in een mal, waar ik het vaak benauwd krijg. Toch doe ik het, omdat ik op zoek ben naar een gedeelde taal om mezelf duidelijk te maken en aansluiting te vinden, want net als ieder ander mens wil ik me graag onderdeel van een groep kunnen voelen. Maar de taal is te strak. Of: is deze taal te lang verboden gebied geweest? Passen de woorden mij niet of mag de taal mij van mij niet passen?

Het moeilijkste is dat wat er is en wat zich (nog) niet beschrijven laat. Wanneer ik met mensen hierover praat, al zoekende naar woorden om iets van binnen naar buiten te brengen, om te willen vinden waar we elkaar raken, voelt het alsof alle woorden door een onzichtbaar scherm worden vervormd. Een kleine storing, telkens weer, steeds net niet. Alle bestaande frames, concepten en ideeën zijn het net niet. Elk woord sluit net niet aan, doet pijn, is te veel of juist te weinig. Ik verdwaal in wat er is, maar niet is. Toch is het er, want het is er toch wel.
Maar, zijn is nog niet gezien worden.
Hoe vertel ik de ander waar ik ben?
Waar vind je elkaar daar?

Lees hier het artikel dat ik schreef voor Caleidoscoop.